Het geloof aan je kinderen doorgeven kan op verschillende manieren geschieden maar de eerste en meest duidelijke wijze is door het hun zelf voor te leven, door een voorbeeld van gelovig leven te zijn. Het gebed op gezette tijden een plaats te geven in het gezin, met uitleg en herhaling, mag een eerste aanzet hiertoe zijn.
Ook het regelmatige bezoek aan de kerk in de vieringen die ook voor de kinderen verstaan en prettig zijn en te laten zien dat u zich op uw plaats weet in het huis van God. Het lezen van kindvriendelijke verhalen uit de Bijbel, kan eveneens maar wellicht een wat moeilijkere vorm zijn omdat de soort Bijbel die daarvoor kiest, mede afhankelijk van de leeftijd van uw kinderen, daarbij een essentiële belangrijke speelt. Stichting Samuel of een andere organisatie kan u daarin via het internet goed de weg wijzen. Bij bijzondere leven - en kerkelijke gebeurtenissen het geloof een belangrijke plek geven die u troost, kracht geeft maar ook vreugde brengt kan voor de kinderen ook een reden zijn om daar meer over te willen horen of weten. Voor de oudere kinderen is een openheid voor een geloofsgesprek met een luisterend oor heel goed en zinvol, temeer daar zij zich gehoord en serieus genomen weten ook bij hun vragen, worstelingen en twijfels.
De Kerk is een wereldkerk met een enorme diversiteit aan jonge en oudere mensen. Zij is de ene grote familie van God die zich met Hem en alle ledematen verbonden. Je bent als gelovige en zeker voor de jongere generaties kan dit van groot belang zijn, niet alleen in je eigen omgeving laat staan in Nederland en de wereld. Het is een bemoediging om dit te mogen meemaken tijdens grote manifestaties van geloof zoals de Wereldjongerendagen die eens in de drie jaar ergens in een land worden georganiseerd. Veel jongeren komen hoopvol van deze prachtige geloofservaring terug en weten zich gesterkt. In ons eigen land zijn er ook een aantal van deze ontmoetingen in de vorm van bijvoorbeeld de Katholieke Jongerendagen en de activiteiten, op bisdomniveau, rondom bijvoorbeeld Palmpasen.
Tegelijkertijd zijn er in de nodige parochies tiener- en of jongerengroepen die vertrouwende plek zijn om elkaar in geloof te ontmoeten, met elkaar te delen maar ook te ontspannen. Het zijn plekken van hoop voor de Kerk van de toekomst. Dit soort bijeenkomst wordt ook georganiseerd door de vele Nieuwe Bewegingen die de Kerk in Nederland rijk is zoals de Gemeenschap Emmanuel of de Focolaregemeenschap. Het zijn deze gemeenschappen die geïnspireerd door de heilige Geest een enorme geloofsrijkdom aanbieden aan jongeren en ouderen. Via de zoekmachine Google is er heel wat informatie over deze gemeenschappen te vergaren op het internet.
Wie deze vraagt stelt aan willekeurig wie dan ook zal verrast zijn door de hoeveelheid aan verschillende antwoorden die hij of zij krijgt. De meest voorkomende beschrijvingen van God wijzen naar de begrippen ‘energie’ of ‘iets’… maar ook naar een persoon.
De RK Kerk gelooft in God als persoon. Dat Jezus Christus, de zoon van God die een menselijke persoon is geworden net zoals wij, behalve in de zonde, is voor velen van ons hiervan het meest herkenbare en duidelijke bewijs. Maar ook het gegeven dat wij allen, man en vrouw, geschapen zijn door God naar zijn beeld en gelijkenis is een wezenlijke handreiking in die richting. Ook de oproep van God aan of de nadrukkelijke roeping van de mens tot het vormen van gemeenschap wijst hier nadrukkelijk op. Een gemeenschap tussen menselijke personen, die ook verwijst naar het geloofsfeit dat God zelf een uitdrukking is van drie personen, de Vader, de Zoon en de heilige Geest die de door Jezus beloofde Helper is.
De meest duidelijke en eerste bijdrage die u kunt leveren aan het geloof in uw naaste omgeving is door een voorbeeld in geloof te zijn in doen en laten. Dit kan al door anderen een helpende hand te reiken, door in vertrouwen een luisterend oor te zijn voor de mensen in uw nabijheid en of het branden van een kaars begeleid door een ondersteunend gebed.
En zo zijn er natuurlijk nog veel meer voorbeelden te noemen. Het eenvoudig laten zien, en u daar niet voor te schamen, dat het geloof u vreugde brengt, kracht en vertrouwen geeft in voor- en tegenspoed kan een hoopvol teken of een lichtbaken zijn voor uw omgeving.
Voor veel ouders is de belangrijkste motivatie om hun kinderen de Eerste Communie en het Vormsel te laten doen is omdat iets van het door hun ouders aan hen aangereikte geloof, door te geven. Essentieel, ja noodzakelijk, is daarbij wel dat de ouders ook zelf een voorbeeld in het geloof zijn, de boodschap van Jezus in het Evangelie gedaan, voor te leven. Het geloof praktiseren, al is dat heel vaak op een eigen wijze, is de randvoorwaarde om het geloof ook echt en vruchtbaar door te geven aan hun kinderen. Het aangaan van gesprek over het geloof met de kinderen, zeker als ze de leeftijd hebben bereikt dat het sacrament of heilig teken van het Vormsel wordt aangereikt kan daarin een belangrijke en ondersteunende rol vervullen.
Dat is dan ook de wezenlijke motivatie van het pastorale team om geloofsgesprekken te houden met de ouders van de Eerste Communicanten en Vormelingen, om hen daarvan al dan niet bewust te maken. En het geloof doorgeven doe je samen als gezin en Kerk en als het enigszins kan ook, de school! Echter de belangrijkste reden die om de gedoopte kinderen beide sacramenten te laten ontvangen is dat de beloften die door de ouders zijn gedaan bij het kerkelijk huwelijk en doop van de kinderen, verplicht om het geloof op een goede wijze door te geven.
Het bidden is te omschrijven als het aangaan van een dialoog met God door met Hem te praten in stilte van je binnenkamer maar ook door te luisteren naar Hem. Voor velen onder ons is het bidden een moment van het uiten van dankbaarheid maar ook het luchten van je hart over de zaken die zijn voorgevallen in je dagelijkse leven. Maar ook het neerleggen van een smeekbede met een verzoek om genezing, hulp in het leven of het redden van een relatie, zijn dikwijls een motivatie om te bidden…
In onze pastorale ervaring merken wij dat voor vele ouderen maar ook jongere mensen, bidden een steun en toeverlaat biedt in de moeilijke momenten van het leven. De vele kapellen die onze parochie rijk is bieden vaak de perfecte en stille gelegenheid om in gesprek te gaan met God of om gewoon stil te zijn en te ontdekken wat Hij je wil geven of zeggen. Voor de meer kerkelijk betrokken jongeren is de Aanbidding van het Allerheiligste op verschillende plekken en momenten in ons bisdom wordt aangeboden, de ultieme mogelijkheid om God in de stilte te ontmoeten. Ook de vieringen in de geest van de gemeenschap van de broeders van Taizé rijken jong en oud vaak een prachtige gelegenheid om in stilte of door middel van zang - is twee keer bidden, zeggen we wel eens -, te bidden.
‘Is er leven na de dood?’ is een vraag die vele mensen van onze tijd bezighoudt en de vraag wordt zelfs gesteld in een lied van de in de jaren tachtig van de vorige eeuw populaire Nederlandse band ‘Doe maar’. En ja, er is leven na de dood want dat heeft Jezus Christus met zoveel woorden ook gezegd aan de mensen die Hem horen spreken tijdens zijn aardse leven en dat opgetekend is in het Nieuwe Testament. Het heeft echter niet alleen gezegd maar Hij heeft het ook laten zien door op te staan uit de doden, door te verrijzen en zich voor een periode van 40 dagen te laten zien aan zijn leerlingen en volgelingen. Ook dat is opgetekend in de diverse Evangelies die verhalen over het leven van Jezus, de Handelingen van de Apostelen of de geschiedenis van de jonge kerk en de brieven die geschreven zijn door de verschillende apostelen van Jezus en die gericht zijn aan de eerste geloofsgemeenschappen. De apostel zegt het heel duidelijk en radicaal: zonder de verrijzenis van Jezus Christus is ons geloof dood! Dat wil zeggen zonder zijn opstaan uit de dood is er voor ons ook geen leven na de dood ofwel een eeuwig leven in geloof. De belangrijke en te vervullen randvoorwaarde hierbij en door ons te vervullen is van harte te leven in geloof in de ene God en Heer en zijn zoon Jezus Christus die voor ons geleden heeft, gestorven is en verrezen uit de doden.
Sacramenten zijn heilige tekenen van God en de Kerk dat zijn (in) direct gegeven door God. Er zijn er zeven en de meeste daarvan vindt je op een (in) directe manier terug in het boek van God, de Bijbel. We kunnen ze indelen in drie groepen: gemeenschap, levenskeuze en genezing.
De drie sacramenten van gemeenschap waardoor we in echte relatie met God en de wereldkerk komen te staan zijn: het Doopsel, het Vormsel en de Eucharistie (de Eerste Communie). Bij de levenskeuze denken we aan het sacrament van het huwelijk en het priesterschap en bij de genezing noemen het sacrament van de ziekenzalving en van boete en verzoening (de biecht).
Deze heilsmiddelen zijn bedoeld om te mens te helpen om te beantwoorden aan zijn of haar hoge roeping; om een kind van God te zijn naar Zijn beeld of gelijkenis; of om het nog anders te zeggen, om een heilig leven te leiden ten bate van het geluk van jezelf en dat van anderen. Wij kunnen immers niet uit onszelf maar we hebben daarvoor de genade van God nodig en die wordt ons geboden in de genoemde heilsmiddelen. Om de sacramenten goed en vruchtbaar te kunnen ontvangen is het noodzakelijk om ons met behulp van degenen die daarvoor gekwalificeerd en of gewijd zijn goed voor te bereiden.
De sacramenten mogen alléén door de priesters en in een aantal gevallen door de diakens (het Doopsel en het Huwelijk) worden toegediend. Het Vormsel wordt in principe door de bisschop of door een hem aangewezen vormheer toegediend.
Tijdens de belangrijke Kerkvergadering, het Tweede Vaticaanse Concilie (1962-65) is door Paus en bisschoppen, geadviseerd door verschillende overlegorganen, om de toegang tot de ongelofelijke rijkdom van de Bijbel verder te ontsluiten voor het gelovige volk.
Dit doet zij door tijdens de weekvieringen, behoudens bijzondere gedachtenissen en (hoog) feesten, in een tweejaarlijkse cyclus van even en oneven jaar en rekeninghoudend met de sterke liturgische perioden (Advent-, Kerst-, Vasten- en Paastijd), een passend aanbod aan te bieden uit de verschillende onderdelen van de heilige Schrift.
Op de zondagen wordt een driejaarlijkse cyclus de heilige Schrift ontsloten. In het A-jaar wordt en met in acht name van de sterke liturgische perioden (Advent-, Kerst-, Vasten- en Paastijd) gelezen uit het Evangelie volgens Mattheus, in het B-jaar uit het Evangelie volgens Marcus en deels uit Johannes en in het C-jaar uit het Evangelie volgens Lucas.
De Paus is de eerste onder de gelijken (de bisschoppen) zoals de opvolger van de apostel Petrus ook wel wordt genoemd. Hij is hiermee de plaatsvervanger van Jezus Christus op aarde.
Vaak wordt gedacht dat hij binnen de Kerk ‘de macht’ in handen heeft maar niets is minder waar. De collegialiteit binnen het bisschoppencollege heeft sinds het Tweede Vaticaanse Concilie, de belangrijkste kerkvergadering in de twintigste eeuw, belangrijke prioriteit gekregen voor wat betreft het leiden van de wereldkerk. Met andere woorden de Paus kan niet zo maar en op eigen houtje iets veranderen in het leergezag van de Kerk. Daarmee wordt recht gedaan aan een goed gebruik binnen de Kerk want in de Handelingen van de Apostelen staat de veelzeggende zin geschreven over de eerste grote kerkvergadering binnen het christendom, het Concilie van Jeruzalem waarin de apostel Petrus: ‘De heilige Geest en wij hebben besloten.'